Een moment geduld. We zoeken het geschikte aanbod in Toscane voor je…
5 bijzondere en mooie wandeltochten door Toscane
Natuurlijk staat Italië bekend om zijn heerlijke wijnen, prachtige olijfbomen en zalige keuken. Zeg ik Toscane, dan denk je direct aan knusse restaurants, indrukwekkende kerken, het fijne klimaat en de rijke, oude cultuur. Maar ook die schitterende, langstrekkende landschappen, als een mooie tot leven gekomen ansichtkaart, vullen de gedachten. Dit artikel laat je kennismaken met vijf bijzondere en mooie wandeltochten door Toscane.
De mogelijkheden zijn als vanzelfsprekend, bijna eindeloos, zoveel moois is er te bewandelen in deze prachtige streek. Zoveel mensen, zoveel wensen en ook de moeilijkheidsgraad en duur van de wandelingen zijn zeer divers. Het is maar net wat je leuk vindt.
De beste tijd om op wandeltocht, ook wel hike genoemd, te gaan is in het voorjaar dan wel najaar. Dit heeft vooral met de snel oplopende temperatuur in het hoogseizoen te maken.
Aangezien veel mooie wandeltochten redelijk intensief zijn, is het het prettigst als de temperatuur aan de zachte kant is. Zorg echter altijd voor een fles water en bijvoorbeeld een stuk fruit in de rugzak voor je op pad gaat.
Ook zijn er in het voor- en najaar minder toeristen te vinden in de prachtige dorpjes die je mogelijk doorkruist tijdens de wandeltocht.
1. Wijnranken wandeling in Chianti
Houd je van wandelen maar hoeft dit geen dagen te duren én ben je een liefhebber van wijn, bezoek dan eens de dorpjes; Strada, Greve, Gaiole en Castellina.
Zo loop je bijvoorbeeld in tweeënhalf uur (+/-11 km) van Strada naar Greve, een tocht vol kleine bospaadjes, ideaal voor de mens die van serene stilte houdt. Dit is een wandeling waar je niet veel andere toeristen tegenkomt maar wijnranken en druiven des te meer.
Wil je iets meer kilometers in de benen, hike dan van Gaiole naar Castellina, daar doe je een goede vier uur over (<20 km). Op het hoogste punt van Castellina prijkt La Rocca, een middeleeuws kasteel uit de 11e eeuw. Ook zijn de overdekte straatjes en de overblijfselen van de eeuwenoude stadsmuren een genot voor het oog.
Bij de wandeling van Greve naar Gaiole, een tocht van bijna zes uur (+-25 km) zijn het wijnranken zover het oog reikt. In Gaiole zijn Castello di Meleto en Castello di Brolio echte eye-catchers en het bezoeken zeker waard.
Na alle verstrekkende wijnranken, heuvels, stappen en het genieten van al die mooie, rijpe druiven is het na aankomst tijd om lekker bij te komen met een welverdiend wijntje.
2. Montalcino – San Quirico d’Orcia (<13 km, +/- 3 uur)
Montalcino, een dorp op een heuvel, te midden van wijngaarden en olijfboombossen, is naast mooi om te bezoeken ook erg bekend om haar wijn. De Brunello di Montalcino, in de volksmond kort gezegd, Brunello, is wereldberoemd en geroemd.
Op deze prachtige wandeling van zo’n drieënhalf uur word je betoverd door het landschap vol cipressen, wijngaarden, olijfbomen, oude boerderijen en prachtige, glooiende heuvellandschappen in alle tinten die je maar kunt dromen.
San Quirico d’Orcia is een authentiek, sfeervol dorpje waar je heerlijk kunt genieten ven een Aperol Spritz op een terras of een echte, onvervalste gelato.
Wil je een absoluut niet te missen foto moment niet mislopen, wandel dan even een kleine drie kwartier door naar de Cappella di Vitaleta. Er is geen souvenir winkeltje in Toscane te vinden waar er geen ansichtkaart met deze prachtige, zeer romantische maar ook zeer kleine, kapel te koop is. Het is de korte extra trip meer dan waard.
3. Pienza – Val d’Orcia (7 km, +1,5 uur), Pienza – Montepulciano (13 km, +/- 3 uur)
De tocht start vanaf Pienza.
Dit drukbezochte, autovrije dorpje staat vooral bekend om haar pecorino. Een karakteristieke kaas gemaakt van rauwe, volle schapenmelk van Sardijnse schapen die in de Val d’Orcia alle ruimte krijgen om te grazen van onder andere de jeneverbes en verse munt.
Met wat geluk kom je tijdens de wandeling een schapenherder met zijn kudde tegen.
Tijdens de reis richting Val d’Orcia, of iets verder Montepulciano, kom je naast de bekende wijnranken en olijfboomgaarden ook knalgele vlaktes tegen vol zonnebloemen. Deze vrolijke bloem kleurt tegen de blauwe Toscaanse lucht bijna schilderachtig af. Eigenlijk is het ook een pauze moment waard, zo onwaarschijnlijk mooi zijn deze velden.
Het landschap van Val d’Orcia staat sinds 2004 op de werelderfgoedlijst van UNESCO en komt op vele schilderijen uit de renaissance voor. Het is een zeldzaam mooi natuurgebied met een zeer rijke fauna en flora.
Neem je de langere route naar Montepulciano, plan dan vooral een overnachting in dit prachtige, hooggelegen stadje. Hier bezoek je de oude, nog in functie zijnde wijnkelders waar je gratis wijn, en soms ook olijfolie, kan proeven, testen en natuurlijk ook kopen.
Elke laatste zondag van augustus rollen de wijnvaten door de straten tijdens de beroemde Bravio delle Botti. Tijdens deze race nemen de acht verschillende stadsdelen het tegen elkaar op door enorm zware wijnvaten tegen de heuvel op te rollen, een waar spektakel.
4. Volterra – Siena (55 km, +/- 13 uur)
In de provincie Pisa ligt het mooie dorp Volterra. Op het grote plein, Piazza San Giovanni, vind je de in Romaanse stijl gebouwde Duomo Di Volterra. In deze kerk staan prachtige 13e-eeuwse preekstoelen en schitterende bas-reliëfs.
Leuk weetje: In Volterra zijn delen van de film Twilight opgenomen. Ook is er het indrukwekkende Romeinse theater van Volterra, dat dateert uit de eerste eeuw voor Christus, te vinden.
Een mooi uitgangspunt als begin van een heerlijke wandeling dus.
Van Volterra wandel je naar San Gimignano in een goede vijf uur, een wandeling van zo’n 24 km. Voor de niet al te geoefende wandelaar is dit trouwens een prima wandeling.
Wil je dit bijzonder karakteristieke dorp even goed aandoen, boek dan een hotelovernachting, zo haal je alles én meer uit uw wandeltocht.
Iets minder dan 13 km verder wandelen, een kleine 3 uur, komt u aan in Siena. Een wereldberoemd stadje die romantisch rond de Piazza del Campo gebouwd is. Op dit bijzondere, ovale plein worden nog elk jaar paardenrennen, genaamd de Palio delle Contrade, gehouden, een paardenrace die twee keer per jaar plaatsvindt, op 2 juli en 16 augustus.
In Siena zijn er naast de prachtige omgeving en gebouwen veel leuke, kleine winkeltjes te vinden. Ook voor een goede lunch, diner of een lekker verfrissend ijsje, kunt u hier uw hart ophalen.
5. Bologna – Fiesole (120 km, +/- 5 dagen)
Deze reis, ook wel de Via degli Dei genaamd, is een bijzondere pelgrimstocht. Liefkozend is deze tocht bekend als “de weg der Goden”.
Van Bologna trek je door de bergachtige Apennijnen. Via Monte Adone laat je de bewoonde wereld achter zich en word je één met de natuur. Het uitzicht van de bergen en valleien is adembenemend.
De eerste stop zou Sasso Marconi kunnen zijn. Daar doe je zo’n vier uur over (+-17 km). In dit piepkleine betoverende dorpje vind je een aantal hotels waar je zou kunnen uitrusten voor de volgende dag. Je vervolgt de tocht over smalle, soms wat griezelige bospaadjes. Het is een flink intensieve tocht die je beter goed getraind, of in ieder geval in goede conditie, kan ondernemen.
In het kleine bergdorpje Madonna dei Fornelli vind je een herberg om te dineren en overnachten. Dit deel van de tocht duurt bijna acht uur (+-30 km).
Je vervolgt de weg via een oude Romeinse weg, de Flaminia Militare. Deze route werd in 189 voor Christus aangelegd om Bologna met Arezzo te verbinden. Het is oorspronkelijk een verharde weg en heeft dankzij de mosbegroeiing iets extra betoverends.
Via Emilia-Romagna wandel je de grens naar Toscane over. De sprookjesachtige bergen en bossen vol mystiek veranderen langzaam in glooiende heuvel vergezichten.
Traversa is een mooie locatie om weer even uw rust te pakken, een goede stop dus na een wandeling van afgerond vijf uur (+-20 km). Bij het wakker worden geniet je van het landschap dat licht en groen kleurt. De bloeiende zonne- en boterbloemen met bijtjes en vlinders maken het idyllische landschap compleet.
De wandeling is misschien lang en af en toe ook pittig, maar het steeds veranderende landschap zorgt er voor dat u oneindig zal genieten.
San Piero a Sieve is de laatste stop voor de eindbestemming Fiesole. Het kleine dorpje dankt zijn naam aan het kleine riviertje de Sieve. Het is een klein dorpje waar respectievelijk nog geen 2900 mensen wonen. Dit deel van de reis neemt ook ongeveer 5 uur in beslag (+-23 km). Na een goede nacht is het einde van de reis in zicht.
Het laatste stuk naar Fiesole duurt zo’n vijfenhalf uur (+-23 km). Dit laatste deel van de reis beseft u zich pas goed wat voor moois en unieks u de afgelopen dagen hebt mogen meemaken. Deze tocht zal een ervaring zijn om nooit te vergeten.